Na een korte vlucht vanuit Buenos Aires kwam ik aan op Airport Iguazú. Dat wil zeggen: daar ging ik gemakshalve maar vanuit want overal waar ik keek, zag ik boerenkool; de groene kruinen van heel veel bomen, maar niks anders dan dat. Gelukkig bleek er tussen al dat groen ook nog een landingsbaan te liggen. Binnen tien minuten stond ik buiten, vijftien graden warmer en vijftig tinten groener dan twee uur daarvoor. Hoewel ik nog steeds niet wist hoe ik het precies moest uitspreken, was ik aangekomen in Iguazú.
Ik verbleef in een motel in Barrio Orquídeas, een kleine buurt tussen het National Park en de stad Iguazú in, waar vandaan ik beide plekken zou gaan bezoeken. Onder het genot van rustgevende panfluit-muziek een hamburger met veel kaas en waterig bier, besprak ik met Mattias, de eigenaar, mijn plannen. Hij in zijn beste Engels en ik in mijn beste Spaans.
Met een plattegrond vol met aantekeningen en een paar extra pijlen en strepen van Mattias, ging ik op weg naar het regenwoud. De belangrijkste informatie had ik goed begrepen: niet later dan 3 uur beginnen aan de Sendero Macuco in verband met de puma's en hoewel er op het bordje staat van niet, ik kon gewoon zwemmen onderaan de Arrechea waterval.
Eenmaal onderweg, maakte ik al snel kennis met de coati; een soort wasbeer met een spitse snuit en een lange gestreepte staart. Volgens Mattias zijn ze gevaarlijk, maar gezien de schattige, fluffy looks van het beestje dacht ik dat dat wel mee zou vallen.
Daar kwam ik al snel van op terug. Borden, langs de kant van de weg, met daarop onsmakelijke foto's van doorgebeten enkels en bloedende wonden, maakten duidelijk dat ik de coati's die ik verder nog tegen zou komen, beter met rust kon laten en al helemaal niet mijn lunch in hun bijzijn moest opeten. Niet veel later zag ik met eigen ogen hoe deze ogenschijnlijk knuffelbare neusberen elkaar krijsend achterna zaten, met tien tegelijk een bejaard stel aan een picknicktafel te lijf gingen en volwassen mannen dwongen hun puntzak verse patatas af te staan. Coati's zijn gevaarlijk. Lesson learned.
Zo volgden er in korte tijd nog meer zinvolle levenslessen. Bijvoorbeeld dat je niet in een korte broek aan een trail door het tropisch regenwoud moet beginnen.
Hoewel ik mijn outfit zorgvuldig had aangepast aan de temperatuur, gaf het de talrijk aanwezige muggen en aanverwante diersoorten de gelegenheid om zich volledig te goed te doen aan mijn blote ledematen. Nadat ik de verschillende opties - die uiteenliepen van 'ik trek me er niks van aan' tot 'ik kap ermee' - had afgewogen, voelde ik me ik genoodzaakt om die korte broek uit te trekken en halverwege de Sendero Macuco in mijn string op zoek te gaan naar de lange broek die onderin mijn rugzak zat.
Met bedekte benen vervolgde ik mijn wandeltocht. De paden waren modderig en mijn nieuwe sneakers allang niet meer wit. Inmiddels had ik dan wel een lange broek aan, het leed was al geschied en al krabbend liep ik verder in de hoop dat het het uitzicht halverwege de moeite waard zou zijn. Ik liep in mijn eentje en in een flink tempo. Tenslotte kan ik wel weten dat het nog geen drie uur is, die puma's kunnen natuurlijk niet klokkijken.
De Sendero Macuco bestaat uit een kilometerslange wandeling, recht het regenwoud in, met aan het einde twee vertakkingen, in de vorm van een Y. Het linker pad leidt ver omhoog en het rechter pad diep naar beneden. Wanneer je allebei de uiteindes wilt bereiken, moet je je energie verdelen, en bovendien ook nog wat overhouden voor de terugweg.
Precies niet wat ik deed, toen ik met zes kilometer per uur over het onverharde pad buffelde.
Buiten adem kwam ik aan op het platform bovenaan een tientallen metershoge waterval. De rest werd me ontnomen door het waanzinnige uitzicht.
Wanneer je een paar uur aan het lopen bent en niemand tegenkomt, heb je ineens een heleboel tijd om na te denken. Om zo ver van de bewoonde wereld te zijn en zoveel nieuwe dingen te ontdekken is leuk en spannend tegelijk.
Wat ik me ook bedacht: zou Floortje Dessing nou wel eens door een inschattingsfout middenin het regenwoud in haar blote kont staan? Maar toen ik even later bovenaan een klotsende waterval uitkeek over een tientallen meters brede rivier en ontelbare hectaren felgroen regenwoud, voelde ik mijzelf even Floortje; helemaal aan het einde van de wereld.
Comments